Het terrein in Groenland is heel ruw. Je loopt over blokken, sneeuwvelden, moeras, graspollen, losse stenen, gletsjerpuin. Draag een schoen met een stevige zool. Light schoeisel is prima als je een goed evenwicht en stevige enkels hebt. Anders kies je beter voor een klassieke B/C wandelschoen met hoge schacht. Neem zeker wandelstokken mee.
Waadschoeisel om koude rivieren over te steken is een must. Lees meer hierover bij rivieren oversteken.
Tijdens de zomer bedraagt de gemiddelde temperatuur in Oost-Groenland tussen 5° en 10° Celsius. Je draagt best de kledij die je ook in de Alpen draagt tijdens een bergtocht in de vroege lente. Overdag draag je een winterbroek, T-shirt, Fleece. Voorzie zeker een donsjas, licht handschoenen en een muts voor ’s avonds. Neem een regenjas en regenbroek mee tegen de koude wind en voor die ene zeldzame keer dat het regent.